zondag 25 mei 2025

Week 22 - Totdat uw geest geheel doortrokken is ...

Om over na te denken! 

Deze week even een ander blogje dan anders, even niet vanuit het Dagboek.
Eén, omdat er niets was uit het Dagboek wat mij tot schrijven aanspoorde en twee, omdat ik met het Dagboek aangekomen ben bij een maand lang stukjes waarin hij naar geen enkel Bijbelgedeelte/tekst verwijst.
Nu is het natuurlijk niet zo dat deze dagen uit het Dagboek dan niet goed zijn, maar ik mis dan Gods Woord gewoon heel erg, en heb dus voor mijzelf besloten om deze dagen in principe alleen te lezen en slechts de dingen die tot mijn hart spreken over te nemen in mijn Stille Tijdschrift; tenzij de Geest anders leidt.
Ik hou dus de mogelijkheid open om er eventueel over te schrijven, maar ga er niet vanuit.
En zo had ik deze week eigenlijk geen inspiratie om ergens over te schrijven voor dit Blog, totdat ik vanmorgen (zaterdag, 24-5) met het drinken van mijn kopje koffie iets las in het boek ‘Susie’ van Ray Rhodes jr. (een boek over het leven van Susannah Spurgeon) dat ik heel erg mooi vond, dat mij raakte en waarvan ik gelijk even een foto maakte, om eventueel te gebruiken in een blogje.
Het was dus helemaal niet de bedoeling om dit nu gelijk te gebruiken en zeker niet voor dit Blog, maar als ik wat later achter mijn bureau kruip en met lege handen sta wat Week 22 betreft, komt dit gedeelte uit het boek in mijn gedachten.
Hoewel het niet uit het Dagboek komt, en er zelfs niet mee verbonden is, gaat het wel over iets dat heel nauw samenhangt met alles waar het Dagboek voor staat.
En zo deze week even een uitstapje van Murray naar Spurgeon.
Het waren trouwens wel tijdgenoten 😉; Andrew Murray leefde van 1828 -1917, en Charles Spurgeon van 1834-1892.
Geen idee of deze heren elkaar kenden of van elkaar hadden gehoord, maar één ding is zeker, ze hebben beiden een enorme schat nagelaten met wat ze hebben geschreven.
Hoewel het boek over het leven van Susannah Spurgeon gaat, staat er uiteraard ook heel veel in over haar man, en zo komt het dat het volgende iets van hem is.

Een ziel vol van Gods Woord
Het boek wijst mij op hoe Charles Spurgeon er altijd op aandrong om Gods Woord te bestuderen en daarmee kom ik direct bij de kern waar het deze keer om draait.
Uit het boek ‘Susie’:
‘O, dat u en ik in het diepste hart van het Woord van God konden komen, en dat Woord in onszelf! Ik zag hoe de zijderups op een blaadje zich een weg naar binnen at en het geheel in zich opnam. Zo moeten wij met het Woord van de Heere doen – we moeten niet over de oppervlakte kruipen, maar onze weg naar binnen eten totdat we het in ons diepste innerlijk hebben opgenomen.’

Hij geeft verder aan dat het tevergeefs is om slechts onze ogen erover heen te laten gaan en om wat uitspraken of feiten te kennen, maar dat het ‘zalig is om ons een weg naar binnen te eten, tot in het diepste van de Bijbel’, net zo lang tot we ‘de taal van de Schriften spreken, en ons spreken gegrond is op Schriftuurlijke voorbeelden, - en – meer nog – totdat uw geest geheel doortrokken is van de woorden van de Heere’. 

Ligt dit niet geheel in de lijn van wat Murray steeds zegt in het Dagboek: ‘Neem de tijd …’?
Hoe vaak nemen we met minder genoegen?
Hoe vaak laten we slechts onze ogen gaan over de woorden die we lezen, misschien soms zelfs wel zonder er maar iets ervan op te nemen?
Hoe vaak worden onze gedachten niet afgeleid tijdens het lezen, of worden we gestoord door …
En hoe vaak stoppen we met lezen als we het maar niet kunnen begrijpen of pakken wat we lezen?
Kunnen we ons er vanaf maken met ‘ik ben geen graver, ik kan dat niet’?

Spurgeon verwijst naar John Bunyan: ’Als u iets van hem leest, zult u zien dat het bijna is alsof u de Bijbel zélf leest.’
Ook zegt hij over deze man: ‘Hij kan niet spreken zonder een Bijbeltekst aan te halen, want zijn ziel is vol van Gods Woord.’
Wauw, het zal maar over je gezegd worden!

Het brengt mij automatisch bij de vraag: Is ónze ziel zo vol van Gods Woord?
Verlangen we er eigenlijk wel naar om zo vol te zijn van Gods Woord, en wat hebben we daarvoor over?
Het mag duidelijk zijn dat dit niet iets is dat zo maar vanzelf gebeurt.
Ik stel mij zo voor hoe de rups met kleine hapjes at, en daar ligt denk ik dan ook de sleutel, kleine hapjes en goed kauwend.

Proef en Zie!
Het doet mij denken aan Psalm 34:9a waar staat: ‘Proef (smaak) en zie dat de HEERE goed is’.
Proef en zie!
Beleef, bespeur; onderzoek, probeer, test de smaak; ervaar, doorzie, onderzoek, toets …
Aanschouw, bekijk, sla gade, bespeur, ontdek, observeer, merk op. begrijp, observeer, onderscheid, …

Ik moet denken aan een wijnproever, en ik bedenk me tegelijk dat we eigenlijk heel veel van zo iemand kunnen leren; als we toch eens met Gods Woord zouden doen wat een wijnproever doet met wijn …
‘Wijn proef je niet alleen. Je kijkt. Walst. Ruikt. En beoordeelt’, las ik op de site van een bekende drankwinkel.
Ik moet weleens lachen om deze mensen hoe ze met wijn omgaan, en hoe lyrisch ze erover kunnen zijn, en ik kan me verbazen over het geld dat ze soms bereid zijn neer te tellen voor een naar hun zeggen ‘uitmuntende’ fles wijn.
Zeker, ik lust best een glaasje wijn, maar wil daarvoor nooit te veel betalen, ik zie de waarde daar niet van in; als het me maar lekker smaakt, ben ik tevreden.
Je zult mij dus nooit horen uitweiden over een bepaalde wijn, want dat interesseert mij gewoon niet en ik kan er dan ook niets zinnigs over zeggen; ik ben simpelweg het meest tevreden met een mij goed smakend, goedkoop glaasje wijn.

Proef en zie dat de Heere goed is …

Hoe gaan wij om met Gods Woord?
Hoe lezen wij Zijn Woord?
Wat mag het ons kosten?

Bekijk ik Zijn Woord van meerdere kanten, denk ik erover na?
Laat ik het rond gaan in mijn gedachten, wissel ik erover van gedachten met anderen?
Is Zijn Woord als een zoete geur voor mijn hart, voor mijn leven?
Beoordeel ik het op wat ik terloops even lees, of beproef ik het?

Een ziel vol van Gods Woord …
Een geest geheel doortrokken van de woorden van de Heer …
Het zal niet snel gebeuren als wij Gods Woord niet serieus nemen, niet serieus tót ons nemen; het niet proeven en smaken en zien.

O Heer, laat Uw Woord voor óns zijn
wat een goed glas wijn is voor een 'sommelier'.
Laat ons zoveel van Uw Woord houden,
als een kenner van de allerbeste chardonnay.
Laat ons zo Uw Woord bestuderen
als zaten wij aan het meest luxe diner.

Opdat onze ziel toch vol mag worden, ja,
onze geest geheel doortrokken van Uw Woord.
Dat zichtbaar en hoorbaar zal zijn,
dat ons hart, ons leven, U in alles toebehoort.
Dat door ons heen Uw licht en liefde
waarneembaar voor de wereld gloort.

Psalm 119:18
‘Ontsluit mijn ogen en laat mij aanschouwen de wonderen van Uw wet (woord).’

Spreuken 16:23
‘Het hart van een wijze maakt zijn mond verstandig, en zal op zijn lippen het inzicht vermeerderen.’

Lukas 6:43-45
‘Want er is geen goede boom die slechte vrucht voortbrengt, en geen slechte boom die goede vrucht voortbrengt. Want iedere boom wordt aan zijn eigen vrucht gekend. Men plukt immers geen vijgen van dorens en men oogst geen druif van doornstruiken. De goede mens brengt het goede voort uit de goede schat van zijn hart, en de slechte mens brengt het slechte voort uit de slechte schat van zijn hart, want uit de overvloed van het hart spreekt zijn mond.’

Psalm 19:15
‘Laat de woorden van mijn mond en de overdenking van mijn hart welgevallig zijn voor Uw aangezicht, HEERE, mijn rots en mijn Verlosser!’


2 Petrus 3:18
‘Maar groei in de genade en kennis van onze Heere en Zaligmaker Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid, zowel nu als in de dag van de eeuwigheid. Amen.’

Zegen en een liefdevolle groet,
Rita

👉 Smaak en zie … (1)

👉 Smaak en zie … (2)

👉 ‘Susie’ van Ray Rhodes jr.

zondag 18 mei 2025

Week 21 - Bevrijd mij, o Jezus ...

Een Gebed van Moeder Theresa

Het was dinsdagmorgen met het memoriseren van mijn MT Fil. 2:5-8 dat de woorden 'maar Zichzelf ontledigd heeft' mij ineens stilzette.
Zichzelf ontledigd ...
Ontledigen ...

Alles afleggen; wie je bent, je wil, je rechten, je status, je ...
Leeg worden van jezelf, van je eigen ik, je vlees.
Sterven aan jezelf, om je volledig over te kunnen geven aan Hem, aan Zijn wil.
En ineens kwam een Gebed van Moeder Theresa in mijn gedachten, een gebed dat in mijn ogen in het verlengde ligt van waarover ik de afgelopen twee weken heb nagedacht.
Als ik mijn laatst geschreven stukje nog eens nalees, blijf ik steken bij dit stukje eruit:

‘De gezindheid van Jezus.
Leven als Christus.
Hoeveel van Hem is zichtbaar in mij?
Zijn nederigheid, dienstbaarheid en gehoorzaamheid zichtbare kenmerken in mijn leven?

Beschaamd buig ik mijn hoofd en erken:
Nee, Heer, ik ben nog zo vaak op mijzelf gericht, op wat ik nodig denk te hebben, op wat ik graag wil.
En hoeveel strijd, Heer, is er soms niet in mij, voor ik accepteer wat U van mij vraagt.
Hoe komt alles soms niet in mij in opstand als mij onrecht aangedaan wordt, ik word overgeslagen of over het hoofd gezien.
‘En ik dan?’, schreeuwt het soms in mij.
U kent mijn worstelen, Heer, het vechten met mijzelf, mijn ik, mijn vlees.
Wat zou ik graag meer van Uw gezindheid in mij hebben, Heer Jezus …’

En ik dan…?
Wat kan ik anders doen dan dit Gebed van moeder Theresa bidden:

Bevrijd mij, o Jezus,
van het verlangen om geliefd te zijn,
van het verlangen om verhoogd te worden,
van het verlangen om geëerd te worden,
van het verlangen om geprezen te worden,
van het verlangen om de voorkeur van mensen te krijgen,
van het verlangen om geraadpleegd te worden,
van het verlangen om goedgekeurd te worden,
van het verlangen om populair te zijn,
van de angst om vernederd te worden,
van de angst om geminacht te worden,
van de angst om vermaand te moeten worden,
van de angst om gelasterd te worden,
van de angst om vergeten te worden,
van de angst om verkeerd begrepen te worden,
van de angst om belachelijk gemaakt te worden,
van de angst om verdacht te worden.

En, Jezus, geef mij de genade,
om te verlangen dat anderen meer geliefd zijn dan ik,
dat anderen hoger geacht worden dan ik,
dat volgens de opinie in de wereld anderen meer worden en ik minder,
dat anderen worden gekozen en ik opzij word gezet,
dat anderen telkens boven mij verkozen worden,
dat anderen heiliger worden dan ik,
terwijl ik heilig word zoals U heeft bedoeld.

- Amen -





Johannes 3: 30
'Hij moet meer worden, maar ik minder.'

Lukas 14:11
'Want ieder die zichzelf verhoogt, zal vernederd worden en wie zichzelf vernedert, zal verhoogd worden.'

zondag 11 mei 2025

Week 20 - Leven als Jezus (2)
De Gezindheid van Jezus ...


‘Wij moeten het beeld van Christus in ons leven vertonen,
als wij de zegen van Zijn dood willen ervaren.’

Matthew Henri

Na vorige week nagedacht te hebben over de betekenis en diepte van het woord ‘gezindheid’, laat ik deze week mijn gedachten gaan over de kenmerken van de Gezindheid die in Christus was. 

Kenmerken van Jezus’ Gezindheid 
De Bijbel zelf geeft het antwoord op wat de kenmerken zijn van de gezindheid van Christus in de verzen die erop volgen; deze keer even uit de WB daar ik hem daarin net even wat duidelijker (en ook heel mooi) vind.
Vers 5 neem ik er voor alle duidelijkheid even bij.

Fil.2:5-8
‘Die gezindheid moet onder u heersen welke ook Christus Jezus bezielde:
Hij Die bestond in goddelijke majesteit heeft Zich niet willen vastklampen aan de gelijkheid met God: Hij heeft Zich van Zichzelf ontdaan en het bestaan van een slaaf aangenomen. 
Hij is aan de mensen gelijk geworden. 
En als mens verschenen heeft Hij Zich vernederd, 
Hij werd gehoorzaam tot de dood, tot de dood aan een kruis.’


Als ik deze verzen lees, komen er drie woorden in mijn gedachten: nederigheid, dienstbaarheid en gehoorzaamheid. 
En zoals altijd is het eerste wat ik doe de woorden apart opzoeken, gewoon om even te kijken naar synoniemen van deze woorden; soms geeft dat net meer diepte, meer betekenis.
Zo ook nu, want als ik de woorden één voor één gaat bekijken, ontdek ik dat je elk woord bij elkaar terugvindt; hoe bijzonder!
Ergens weet je wel dat het heel dicht bij elkaar ligt, en met elkaar verbonden is, maar als je de woorden echt bij elkaar terug ziet komen, komt dat net even meer binnen.
Zo mooi!
Zo zie je dat nederigheid dienstbaarheid en gehoorzaamheid in zich draagt; dienstbaarheid weer nederigheid en gehoorzaamheid, en gehoorzaamheid weer nederigheid en dienstbaarheid.
Het laat dus heel duidelijk zien dat ze onlosmakend met elkaar verbonden zijn.
Toch zeg dit niet alles, want niet iedereen die nederig is, is ook dienstbaar en gehoorzaam, en wie heel dienstbaar is, is niet automatisch ook nederig en gehoorzaam, en zo geldt dit ook voor wie gehoorzaamheid hoog in het vaandel heeft, zo iemand is niet per definitie dan ook nederig en/of dienstbaar.
Toch is dit wel precies wat de Here Jezus Zelf ons tot voorbeeld heeft voorgeleefd.

Nederig – Dienstbaar – Gehoorzaam
- Hij, Die God was, heeft al Zijn rechten als God opgegeven; Hij heeft niet vastgehouden aan Wie Hij was en wat Hem rechtens die positie toekwam.
- Hij heeft Zijn positie opgegeven; Hij Die God was, legde alles af om als mensenbaby in deze wereld geboren te worden., Hij werd echt volledig mens. 
- Hij kwam naar deze aarde om te dienen, en niet om gediend te worden; Hij stelde Zijn leven volledig ten dienste van de mensheid.
- Hij ging daarin zelfs zover, dat Hij Zijn leven voor ons mensen gaf; Hij, Die zonder zonden was, nam de straf die wij verdienden voor onze zonden op Zich en stierf voor ons aan het kruis, een vloekhout.


‘Zelfontlediging en zelfopoffering, gehoorzaamheid aan Gods wil 
en liefde voor de mensen, zelfs tot de dood aan het kruis 
– zo was de gezindheid van Christus, 
zo is de gezindheid van Christus, 
die wij moeten navolgen.’

‘Hij leefde slechts om God te behagen 
en de mensheid te zegenen.’

Andrew Murray


Jezus heeft niet vastgehouden aan Wie Hij was!
Als Zoon van de Allerhoogste had Hij de hoogste plaats in de hemel.
Hij bezat bij Hem een ongekende heerlijkheid.
Maar alles, zowel Wie Hij was, als wat hij had, heeft Hij opgegeven, losgelaten, inclusief alle rechten.
Hoe anders zou alles gelopen -én afgelopen- zijn als Hij dit niet had gedaan …

Mijn gedachten gaan naar de verzoekingen in de woestijn, naar de confrontaties met Farizeeën en Schriftgeleerden, naar het moment dat Hij een schort voor deed en de voeten van Zijn discipelen ging wassen, naar Gethsemané, Zijn gevangenneming, het sanhedrin, Pilatus, Herodus, het Kruis, Zijn sterven …
Als er ooit één Iemand onrechtvaardig behandeld is, Zich onrechtvaardig heeft laten behandelen, dan is het Jezus wel.


De gezindheid van Jezus.
Leven als Christus.
Hoeveel van Hem is zichtbaar in mij?
Zijn nederigheid, dienstbaarheid en gehoorzaamheid zichtbare kenmerken in mijn leven?

Beschaamd buig ik mijn hoofd en erken: 
Nee, Heer, ik ben nog zo vaak op mijzelf gericht, op wat ik nodig denk te hebben, op wat ik graag wil.
En hoeveel strijd, Heer, is er soms niet in mij, voor ik accepteer wat U van mij vraagt.
Hoe komt alles soms niet in mij in opstand als mij onrecht aangedaan wordt, ik word overgeslagen of over het hoofd gezien.
‘En ik dan?’, schreeuwt het soms in mij. 
U kent mijn worstelen, Heer, het vechten met mijzelf, mijn ik, mijn vlees.
Wat zou ik graag meer van Uw gezindheid in mij hebben, Heer Jezus …

Mijn blik valt op de laatste regels die Murray in deze overdenking schrijft.
‘Laten predikanten en zendelingen en alle voorbidders het tot hun ene grote smeekbede en streven maken om die gezindheid te hebben die in Christus Jezus was.’
Ik vind het een beetje raar dat hij dit specifiek toespitst op predikanten, zendelingen en voorbidders, maar misschien vindt hij dat het bij hen nog meer naar voren dient te komen dan bij ons ‘gewone’ mensen, maar wat meer bij mij binnenkomt zijn de woorden ‘het tot hun grote smeekbede en streven maken’ om die gezindheid te hebben die in Christus Jezus was.
Hoe vaak heb ik ervoor gebeden?
Is het überhaupt een grote smeekbede en streven?
Of zie ik het als iets dat onmogelijk is?

Mijn blik valt op een andere zin die ik dubbel onderstreept heb in het Dagboek.
‘Laten we niet rusten totdat ons geloof beslag legt op de belofte: ‘Het is God Die in ons werkt.’’
Het verwijst naar vers 12 en 13 in hetzelfde hoofdstuk waar staat:
‘Daarom, mijn geliefden, zoals u altijd gehoorzaam geweest bent, niet alleen zoals in mijn aanwezigheid, maar nu veelmeer in mijn afwezigheid, werk aan uw eigen zaligheid met vrees en beven, want het is God, Die in u werkt zowel het willen als het werken, naar Zijn welbehagen.’
Wij hebben de opdracht om gehoorzaam te zijn om zo op de goede weg te blijven, maar Hij is het Die ons tegemoetkomt om ons daarin te ondersteunen en te helpen.

Vurig bidden om de gezindheid van Christus in ons hart.
Nederigheid, dienstbaarheid, gehoorzaamheid.
Zijn voetspoor navolgen, het voorbeeld dat Hij ons heeft gegeven, naleven.
Biddend pleiten op Zijn Woord, op Zijn belofte, dat Hij het in ons zal doen, omdat het strekt tot Zijn eer.


De gezindheid van Christus.
Leven als Christus.


‘Wandel in dezelfde geest als de Heere Jezus, 
Die Zich voor ons vernederd heeft tot in het lijden en de dood.’

Matthew Henri


Nederig, dienstbaar en gehoorzaam,
dit kenmerkte het leven van onze Heer.
Al wat Hij wenste was Zijn Vader behagen,
in alles was Hij gericht op Zijn glorie en eer.

Maar …

In hoeverre lijkt ons leven op dat van Hem?
Hoeveel daarvan is zichtbaar in ons leven?
Wat is ten diepste ons grootste verlangen?
Zijn ook wij bereid om alles te geven?


‘Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast zijn, en Ik zal u rust geven. Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel; want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht.’
Mattheüs 11:28-30

‘Maar zo zal het onder u niet zijn; maar wie onder u groot wil worden, die moet uw dienaar zijn; en wie onder u de eerste wil zijn, die moet uw dienaar zijn, zoals ook de Zoon des mensen niet gekomen is om gediend te worden, maar om te dienen, en Zijn ziel te geven tot een losprijs voor velen.
Mattheüs 20:26-28

‘Toen dan de maaltijd plaatsvond en de duivel Judas Iskariot, de zoon van Simon, al in het hart gegeven had Hem te verraden, stond Jezus, Die wist dat de Vader Hem alle dingen in handen gegeven had en dat Hij van God uitgegaan was en tot God heen ging, op van de maaltijd, legde Zijn kleren af, nam een linnen doek en deed die om Zijn middel. Daarna goot Hij water in de waskom en begon de voeten van de discipelen te wassen en af te drogen met de linnen doek die Hij om Zijn middel had.
Als Ik dan, de Heere en de Meester, uw voeten gewassen heb, moet ook u elkaars voeten wassen.’
Johannes 13:2-5;14

‘Hoewel Hij de Zoon was, heeft Hij toch gehoorzaamheid geleerd uit wat Hij heeft geleden. En toen Hij volmaakt was geworden, is Hij voor allen die Hem gehoorzamen, een oorzaak van eeuwige zaligheid geworden.’
Hebreeën 5:8,9

'Als er dan enige bemoediging is in Christus, als er enige troost is van de liefde, als er enige gemeenschap is van de Geest, als er enige innige gevoelens en ontfermingen zijn, maak dan mijn blijdschap volkomen, doordat u eensgezind bent, dezelfde liefde hebt, één van ziel bent en één van gevoelen. Doe niets uit eigenbelang of eigendunk, maar laat in nederigheid de een de ander voortreffelijker achten dan zichzelf. Laat eenieder niet alleen oog hebben voor wat van hemzelf is, maar laat eenieder ook oog hebben voor wat van anderen is.'
Filippenzen 2:1-4


Ik bid Zijn zegen uit van wijsheid, inzicht en liefde voor elk hart dat zoekt en verlangt.
Een liefdevolle groet,
Rita

zondag 4 mei 2025

Week 19 - Leven als Jezus ... (1)
De Gezindheid van Jezus.

Neem de tijd ... (40)

Niet eerder heeft een korte tekst uit de Bijbel mij zolang in de greep gehouden als de woorden van Filippenzen 2: 5, waar ik inmiddels al twee weken over aan het nadenken en mee aan het worstelen ben, en dit laatste niet omdat ik de tekst niet zou begrijpen, maar door alles wat er in deze tijd op mij afkomt en ik er steeds vanaf gehouden wordt om er mee bezig te zijn.
Tijd, rust, ruimte en in de stilte zijn is wat ik nodig heb om te overdenken, uit te pluizen, om naast mijn leven te kunnen leggen, om te kunnen ‘horen’ wat Hij in dit alles tot mij wil zeggen, wil laten zien, mij wil leren.
Als ik vandaag (zaterdag, 3 mei) dan eindelijk wel de rust en ruimte heb, en er mee bezig ga, kom ik al snel tot de ontdekking dat het weer een heel lang geheel gaat worden, en ik merk dat het ‘worstelen’ nu vooral te maken heeft met alles dat in mijn gedachten komt hierover.
Werkelijk onvoorstelbaar soms wat er allemaal in mijn gedachten komt en hoe ik soms van het één in het ander val.
En dus heb ik maar besloten om het in stukjes te verdelen om het helder en duidelijk te maken, in de eerste plaats voor mijzelf, en daarnaast voor wie meeleest.

Vandaag in dit 1e deel:
Enkele ‘algemene’ gedachten en de betekenis en diepte van deze Gezindheid, onderverdeeld in de duurzame gerichtheid van de wil en de juiste innerlijke houding.
Maar beginnend met waar het alleen maar mee kan beginnen: Neem de tijd …

Neem de tijd, o mijn ziel,
neem de tijd om -opnieuw- de gezindheid
van Christus te onderzoeken.
Neem de tijd om je eens -opnieuw-
te verdiepen in wat dit inhoudt.

Neem de tijd, o mijn ziel,
neem de tijd om alles eens goed te overdenken
en legt het eens naast je dagelijkse leven.
Neem de tijd, en spiegel het eens
aan dat van Hem.

Neem de tijd, o mijn ziel,
neem de tijd: Is Zijn gezindheid
-nog- wel jouw gezindheid?
Neem de tijd, wordt stil, bidt,
laat je leiden door de Geest.

Neem de tijd, o mijn ziel,
neem de tijd, lees en overdenk. 

Neem de tijd, o mijn ziel,
neem de tijd, en luister.

Neem de tijd, o mijn ziel,
neem de tijd …

‘Laat die gezindheid bij u zijn, welke ook in Christus Jezus was.’  (HSV)
‘Die gezindheid moet onder u heersen welke ook Christus Jezus bezielde: …’  (WB)

Fil. 2:5

Enkele ‘algemene’ gedachten
De gezindheid hebben die de Here Jezus had …
Ik denk dat we allemaal wel weten of invoelen wat gezindheid betekent, en als we naar het leven van de Here Jezus kijken in de Bijbel ook wel wat het inhoudt.
Misschien kennen we zelfs wel de verzen die hierna komen en aangeven wat deze gezindheid is, wel uit ons hoofd.
En toch …
Als we allemaal werkelijk de gezindheid van Christus zouden hebben, waarom zijn er dan zoveel kerkscheuringen, en waarom lopen er dan zoveel door de kerk (-lees mensen) teleurgestelde en beschadigde mensen rond?
Nadenkend over deze paar woorden de afgelopen twee weken en terugdenkend ook aan de jaren die achter mij liggen, deden mij mezelf afvragen of dit wellicht niet minder het geval is dan we vaak denken en zou horen te zijn, beginnend in mijn eigen leven.
Hoe vaak staan we in ons dagelijks nog stil bij deze woorden uit Filippenzen?
Hoe vaak sta ik in mijn dagelijks leven stil bij deze woorden?
Denken we er überhaupt nog weleens over na?
Opnieuw werd ik de afgelopen weken stilgezet bij het spiegelen van mijn leven aan Gods Woord, of in dit geval, het spiegelen van mijn leven aan dat van de Here Jezus.

Menigmaal gingen mijn gedachten hierdoor ook terug naar twee boeken die ik onlangs las.
Namelijk naar het Boekje ‘In Zijn voetspoor’ van Charles M. Sheldon, waar een aantal mensen uit een kerk een gelofte aflegden om een jaar lang alleen dat te doen waarvan ze dachten dat Jezus het zou doen, en naar het boek ‘Arena’ van Karen Hancock waarin het ‘verbinding zoeken, -en in verbinding blijven met de Heer’ zo essentieel was om te overwinnen.
Hoewel ik deze beide boeken al meerdere keren heb gelezen, heb ik ze nooit in verband gebracht met deze tekst uit Filippenzen, maar nu ik deze boeken onlangs weer gelezen heb, en ik nadacht over dit vers komen die twee dingen, ‘WWJD (What Would Jesus Do, oftewel ‘wat zou Jezus doen’) en verbinding maken’ daarbij steeds opnieuw terug in mijn gedachten.
En ik wil daarbij gelijk aangeven dat het nadenken over en het denken aan één ding is, maar dat het in praktijk brengen ervan een heel ander ding is.
Iets, waarvan ik me deze afgelopen weken weer eens heel erg bewust van werd met dat er zoveel op mij afkwam waardoor het eraan denken, als ook over nadenken, behoorlijk in de verdrukking kwam.

Betekenis en de diepte van deze Gezindheid
Hoewel ik van binnen goed aanvoel wat dit woord betekent en inhoudt, onderzocht ik het woord gewoontegetrouw toch om me er een echt goede voorstelling van te kunnen maken, en om de diepte ervan nog meer eigen te kunnen maken.
Soms is het gewoon goed om de dingen weer eens heel duidelijk voor je te hebben, en dat was in dit geval zeker zo.
Ik neem je mee naar wat ik vond, en wat er voor mij uitsprong; Jezus’ leven hierbij in gedachten houdend.

‘Gezindheid duidt op de innerlijke houding van de mens; de duurzame gerichtheid van de wil.’
Vooral dit laatste sprak mij in eerste instantie heel erg aan: de duurzame gerichtheid van de wil.
Duurzaam, -stabiel, standvastig, betrouwbaar, proefhoudend.
Gerichtheid, -hoe gericht iets of iemand is, zorgvuldige fixatie.
De Wil, - het menselijk vermogen om bewust iets te doen of na te laten, het vermogen iets bewust te wensen of te begeren.

Hoe duidelijk weerspiegelen deze dingen niet het leven van de Here Jezus!
Als er iemand ooit zo doelgericht geleefd heeft, dan was Hij het wel.
Altijd gericht op het doen van de wil van Zijn Vader ongeacht wat mensen dachten of zeiden, ongeacht de tegenwerking, ongeacht de omvang van pijn, verdriet, moeilijkheden die het met zich meebracht of zou brengen, ongeacht de kosten!
Nóóit verloor Hij Zijn doel uit het oog.
Nergens liet Hij Zich door afleiden, noch was Hij op geen enkele manier af te brengen van het doel van Zijn leven.
Vastbesloten en vastberaden ging Hij Zijn weg, in continue verbinding zijnde met Zijn Vader.
De wil van Zijn Vader, was Zijn wil; altijd zocht Hij de wil van de vader om die te doen.
(Joh. 5:30; Joh. 6:38)

Maar gaandeweg met het overdenken en opschrijven van deze dingen, besefte ik ook dat gezindheid zoveel meer is dan alleen deze duurzame gerichtheid van de wil.
Hoezeer deze woorden mij ook aanspreken, het besef kom ook binnen dat het niets waard is als het niet gebeurd vanuit de juiste hartsgesteldheid, oftewel de juiste innerlijke houding van de mens.
Ons innerlijk … ons hart, onze ziel, ons wezen.
Of, zoals Ger de Koning het heel duidelijk zegt in zijn boekje ‘De brief aan de Efeziërs’: de plaats waar alle overleggingen plaatsvinden. 
‘Het ‘hart ziet op de gevoelens en verlangens, de motieven, die een mens in zijn spreken en handelen leiden.’

Mijn gedachten gaan automatisch naar 1 Korinthe 13:1-3
‘Al zou ik de talen van de mensen en van de engelen spreken, maar ik had de liefde niet, dan zou ik klinkend koper of een schallende cimbaal zijn geworden. En al zou ik de gave van de profetie hebben en alle geheimenissen weten en alle kennis bezitten, en al zou ik al het geloof hebben zodat ik bergen zou verzetten, maar ik had de liefde niet, dan was ik niets. En al zou ik al mijn bezittingen uitdelen tot levensonderhoud van de armen, en al zou ik mijn lichaam overgeven om verbrand te worden, maar ik had de liefde niet, het baatte mij niets.’

Liefde, niets anders dan pure liefde is wat Jezus dreef om de wil van Zijn Vader te doen, om Hem gehoorzaam te zijn, zelfs tot in de dood, ja, de dood aan het kruis.
Liefde voor Zijn Vader, en delend de liefde die Zijn Vader had voor ons zondige, zwakke mensen.
Opnieuw komen de eerste regels van een lied dat mij zo dierbaar is, in mijn hart: ‘Liefde was het, onuitputt'lijk, liefd' en goedheid, eind'loos groot. Toen de Levensvorst op aarde tot ons heil Zijn bloed vergoot.’
Liefde, Jezus’ grootste drijfveer.
Liefde lag ten grondslag aan alles wat Hij zei en deed.

Daarom vind ik vers 5 uit de Willibrord Vertaling zo prachtig, deze spreekt niet over de gezindheid die in Christus was, maar over de gezindheid die Christus ‘bezielde’, wat in mijn beleving zoveel dieper gaat dat het ‘in Hem was’.
Bezielde … Bezielen …
Het is geloof ik geen doorsnee Nederlands woord meer dat we in ons algemeen taalgebruik nog veel gebruiken, het is misschien zelfs een beetje ouderwets te noemen, maar ik hou van dit woord, het voelt alsof het doordringt tot in het diepst van je wezen.
Ik denk dat we het vaak alleen nog met regelmaat horen in negatieve zin, in de vorm van de vraag: ‘wat bezielt jou om …?
Maar als je naar de betekenis kijkt van dit woord dan is het allesbehalve iets negatiefs, het betekent namelijk 1.) Inspireren 2.) tot leven wekken.
Je komt ook het woord ‘begeesteren’ tegen, wat ‘tot hartstocht brengen’ betekent.

De gezindheid die Christus bezielde …
De door Liefde gedreven hartstocht, die Hem het leven, zoals de Vader het van Hem vroeg, ten volle, vastbesloten en vastberaden tot het einde leefde.
Daarin de mensen om Hem heen bemoedigend en aanmoedigend meenemend.
Hoe bijzonder! daar wij mensen hartstochtelijk vaak alleen zien als een emotie, en niet als een kracht die ons drijft.
En deze, door Liefde gekenmerkte hartstochtelijke bevlogenheid, kenmerkte zich door nederigheid en gehoorzaamheid.
Maar daar over een volgende keer.

Door Liefde bezielde
hartstochtelijke bevlogenheid,
gekenmerkt door
dienstbare gehoorzaamheid,
dit was de gezindheid
van onze geliefde Heer,
en niet tot Eigen glorie,
maar tot Zijn Vaders eer.

Vastbesloten en vastberaden,
ja, doelgericht leefde Hij Zijn leven.
In diepe verbondenheid met Zijn Vader,
door de Heilige Geest gedreven.


Gods rijke zegen voor de komende week.
Dat de gezindheid van Christus meer en meer naar buiten toe zichtbaar mag worden.
Neem de tijd ...


Een liefdevolle groet,
Rita